DEEL 1: ZELFVERTROUWEN

Melanie Fennell heeft een boek geschreven over gezond zelfvertrouwen (2011)[i]. In dit boek behandelt zij vragen zoals:

Zit je vast in een destructieve relatie of in een relatiepatroon waarvan je niet los kunt komen? Raak je in de put door kritiek en afkeuring, en vind je het een onverdraaglijke gedachte dat iemand jou niet aardig vindt?

Fennell beschrijft in haar boek dat gezond zelfvertrouwen te maken heeft met jezelf accepteren zoals je bent, inclusief je tekortkomingen en zwakheden. Dat jij een leven leidt dat overeenstemt met je normen en waarden en de dingen die jij belangrijk vindt.[ii] Deze definitie is belangrijk als het gaat om het zinnetje: Ik doe het nooit goed. Als je dat zegt, bedoel je dan dat jij jezelf niet accepteert of krijg jij van je partner niet de gelegenheid om een leven te leiden waarin jouw normen en waarden belangrijk worden gevonden?

Fennell beschrijft dat er andere redenen kunnen zijn voor een gebrek aan zelfvertrouwen, zoals gebeurtenissen uit het verleden of aspecten van je huidige leven (relatieproblemen, hoge werkdruk, arbeidsconflicten en stress). Ook kan een gebrek aan zelfvertrouwen ontstaan door een ander psychisch probleem zoals depressie, angst of paniek.[iii]

Gebrek aan zelfvertrouwen kan zich ook uiten in perfectionisme.Brené Brown schrijft daarover het volgende:[iv]

'Perfectionisme is een vorm van zelfbescherming. Het is de overtuiging dat als we dingen perfect doen en er perfect uitzien, we de pijn van verwijten, afkeuring en schaamte kunnen minimaliseren of voorkomen. Perfectionisme is een loodzwaar schild dat we met ons meeslepen vanuit de gedachte dat het ons zal beschermen, terwijl het juist datgene is wat ons ervan weerhoudt gezien te worden.’

Perfectionisme draait in wezen om goedkeuring. De angst om af te gaan, fouten te maken, niet aan de verwachtingen van anderen te voldoen en kritiek te krijgen houdt ons weg uit de arena, de plek voor gezonde wedijver en prestatiedrang.

Perfectionisme is een vorm van schaamte. Het is een schadelijk en verslavend systeem van overtuigingen. Het is schadelijk omdat perfectionisme niet bestaat: je streeft naar een onhaalbaar doel. En het is verslavend omdat we altijd afwijzing en afkeuring mee zullen maken in het leven en dus wordt gecompenseerd door nog perfecter te gaan leven of nog meer inspanningen te geven.

Als de schaamte in een systeem een bepaalde grens overschrijdt, trekken mensen zich uit zelfbescherming terug. Ze tonen geen betrokkenheid meer. Dit betekent dat ze zich niet meer inzetten, dat ze niets meer bijdragen en dat ze zich niet meer verantwoordelijk voelen. Sommige mensen proberen zich zelfs nog ‘perfecter’ voor te doen. Misschien zit je in een relatie waarin je partner jou demotiveert door vervelende dingen te zeggen. Als dit in jouw jeugd is gebeurd door ouders of door pesterijen op school, dan kan jouw verleden ervoor zorgen dat je nog sterker emotioneel reageert.

In het boek van Fennell staan allerlei opdrachten die je kunt doen om jouw jeugd een beetje in kaart te brengen. Zodoende kun je onderzoeken wat jou in dit leven zo ‘triggert’. Sommige mensen hebben de neiging om bepaalde negatieve dingen uit het verleden te onderdrukken of te benadrukken, bijvoorbeeld in de relatie met een partner. Misschien dat een vader of moeder dominant gedrag vertoonde. Als je partner ook dominant gedrag vertoont kan je gevoelens die je vroeger als kind had gaan onderdrukken of je schiet juist vol in de emotie naar je partner.

De vraag is echter of de negatieve dingen uit het verleden een negatief zelfbeeld bij jou hebben gevormd. Het is de kunst om deze leugens te ontmaskeren: Jij bent niet wat anderen over je hebben gezegd of wat anderen jou hebben aangedaan. Je partner kan jou negatief benaderen en dat kan jou ‘triggeren’. Het belangrijkste wat er gebeurt bij negatief en dominant gedrag is dat jouw ‘nee’ niet wordt gerespecteerd. Een verkeerde keuze van jou wordt meteen afgestraft, je wordt beschuldigd of je partner neemt een slachtofferrol aan.[v] Er wordt iets over jou gezegd en in je hoofd kun je allerlei voorspellingen doen hoe dit gaat aflopen. Je lichaam reageert op deze spanningen. Je krijgt hartkloppingen of je spieren gaan verkrampen.

Vervolgens, zo geeft Fennel aan, kun je vermijdingstactieken ontwikkelen, zoals je partner uit de weg gaan. Daarnaast ga je voorzorgsmaatregelen nemen om jezelf in bescherming te nemen.[vi] Helaas betekent dit vaak dat je steeds de confrontatie uit de weg gaat, en niet de verantwoordelijkheid aangaat. Fennell geeft in haar boek aan dat je alle aspecten waardoor je verkrampt raakt moet leren waarnemen. Je moet je bewust worden van je lichamelijke spanningen en je gedrag. Zodra je hebt geleerd om te letten op je lichamelijke spanningen en je gedrag, kun je gaan kijken naar het probleem waardoor je getriggerd wordt. Hoe zou je anders kunnen reageren en welke gevoelens neem je waar? Is er een gezonde manier om je gevoelens te kunnen uiten?

Fennell waarschuwt voor jouw innerlijke criticus die niet jouw vriend is. Die innerlijke criticus zegt bijvoorbeeld: 'Niemand zit toch op jou te wachten.' 'Je bent niet goed genoeg om een vaste relatie te hebben.' 'Uiteindelijk komt hij/zij er toch wel achter wie je echt bent en dan gaat het uit. Deze criticus staat niet aan jouw kant, hij houdt je tegen, hij belemmert jou om te leren, hij bevestigt je falen als je in de put zit en hij liegt je steeds voor.[vii] Behalve dat de gebeurtenissen in het verleden leugens kunnen worden in je leven kan je innerlijke criticus leugens over jou uitspreken. Het doel is dat je leert om nieuwe gedachten over jezelf uit te spreken.

In haar boek behandelt Fennell vragen en opdrachten waardoor je nog meer gaat werken aan je talenten en nieuwe uitdagingen. In hoofdstuk acht van haar boek staan opdrachten die je kunt doen om uit te vinden wat voor iemand jij echt wil zijn. De conclusie van Fennell is dat je uiteindelijk beseft dat jij liefde verdient, dat je andere mensen dichtbij mag laten komen en om steun mag vragen.[viii]

[i] Melanie Fennel, Gezond Zelfvertrouwen, Nieuwezijds, Amsterdam, 2011

[ii] Idem, 12

[iii] Idem, 20

[iv] Brené Brown, De kracht van kwetsbaarheid, Bruna, Amsterdam, 2013, 129-131, 190

[v] Henry Cloud & John Townsend, Grenzen in het huwelijk, Novapres, Apeldoorn, 2001, 74

[vi] Melanie Fennel, Gezond Zelfvertrouwen, Nieuwezijds, Amsterdam, 2011, 56-62

[vii] Idem, 101-104

[viii] Idem, 254